Omdat
Omdat ik niet kon stoppen voor de dood...
Hij stopte vriendelijk voor mij...
Het rijtuig hield alleen onszelf vast -
En onsterfelijkheid.
We reden langzaam - Hij kende geen haast,
En ik had het weggelegd
Mijn werk, en ook mijn vrije tijd,
Voor zijn beleefdheid-
We passeerden de school, waar kinderen vochten
In de pauze – in de ring –
We passeerden de velden van starend graan -
We passeerden de ondergaande zon -
Of beter gezegd – Hij ging ons voorbij –
De dauw trok trillend en kil aan...
Alleen voor Gossamer, mijn jurk...
Mijn Tippet – alleen Tule –
We stopten voor een huis dat leek
Een zwelling van de grond
Het dak was nauwelijks zichtbaar -
De kroonlijst – in de grond –
Sindsdien – het zijn eeuwen – en nog steeds
Het voelt korter dan de dag
Ik vermoedde eerst de paardenhoofden
Waren in de richting van de eeuwigheid -