"Ozymandia's"
"Ozymandias" is een sonnet, bestaande uit 14 regels, geschreven in jambische pentameter (een meter met tien lettergrepen per regel). Het is een dramatische monoloog, gesproken door een reiziger die het verwoeste standbeeld van de eens zo machtige farao Ozymandias tegenkomt.
Samenvatting:
- Het gedicht begint met de spreker die de uitgestrekte en eenzame woestijn beschrijft, waar hij een afbrokkelend standbeeld tegenkomt.
- Op het beeld staan de woorden "Mijn naam is Ozymandias, Koning der Koningen; kijk naar mijn werken, machtigen, en wanhoop!"
- De spreker wordt getroffen door de arrogantie en trots van Ozymandias' woorden, maar terwijl hij rondkijkt, realiseert hij zich dat de eens zo grote monumenten tot ruïnes zijn gereduceerd.
- Het enige dat overblijft is het verbrijzelde beeld met de opschepperige inscriptie, en het wordt een symbool van de vluchtige aard van macht en glorie.
- Het gedicht eindigt met een reflectie van de spreker op de ironie dat Ozymandias' poging tot onsterfelijkheid ertoe heeft geleid dat zijn nalatenschap in herinnering wordt gebracht als een waarschuwend verhaal.
"Ozymandias" is een diepgaande meditatie over de vergankelijke aard van menselijke macht en de nutteloosheid van menselijke pogingen om blijvende roem en glorie te verwerven. Het herinnert ons eraan dat zelfs de grootste rijken en heersers uiteindelijk zullen afbrokkelen en vergeten zullen worden.