Semester 1:
* Engelse taal:inleiding tot de Engelse taal en taalkunde, grammatica, woordenschat en gebruik.
* Engelse literatuur 1:teksten en contexten uit de middeleeuwen tot de 18e eeuw, waaronder auteurs als Shakespeare, Milton en Swift.
* Engelse literatuur 2:Focus op drama en poëzie van de middeleeuwen tot de 18e eeuw.
Semester 2:
* Engelse taal:geavanceerde grammatica, syntaxis, semantiek en pragmatiek.
* Engelse literatuur 3:teksten en contexten uit de Romantiek tot de Victoriaanse periode, over schrijvers als Wordsworth, Coleridge en Tennyson.
* Engelse literatuur 4:nadruk op het romangenre van de romantiek tot het Victoriaanse tijdperk.
Semester 3:
* Engelse taal:stilistiek, retoriek en kritische theorie.
* Engelse literatuur 5:Literatuur uit de 20e eeuw, inclusief modernistische en postmodernistische teksten.
* Engelse literatuur 6:Focus op de Amerikaanse literatuurtraditie, waarbij verschillende genres worden verkend.
Semester 4:
* Engelse taal:taal in de samenleving, sociolinguïstiek en discoursanalyse.
* Engelse literatuur 7:hedendaagse literatuur van over de hele wereld, inclusief postkoloniale en mondiale stemmen.
* Engelse literatuur 8:gespecialiseerde studie van een bepaalde auteur, genre of literaire stroming.
Semester 5:
* Engelse taal:onderzoeksmethodologie en academisch schrijven.
* Engelse literatuur 9:belangrijke literaire en culturele theorieën.
* Engelse literatuur 10:onafhankelijk onderzoeksproject of proefschrift.
Semester 6:
* Engelse literatuur 11:Vergevorderde studie van een literair onderwerp gekozen door de student.
* Engelse literatuur 12:vergelijkende literatuurwetenschap en wereldliteratuur.
De syllabus kan enigszins variëren, afhankelijk van updates of wijzigingen die door de universiteit zijn aangebracht. Studenten kunnen ook keuzevakken kiezen en seminars of workshops bijwonen op basis van hun interesses en specialisatiegebieden.