In het lied drukt de verteller gevoelens van verlangen en hartzeer uit voor iemand die ze hebben verloren, en drukt hij de wens uit om terug in de tijd te gaan en de zaken recht te zetten. Het nummer geeft het idee weer van het gevoel vast te zitten in een lus van herinneringen, niet in staat om vooruit te komen.
De zin:'Ik dacht dat ik alles had, totdat ik de controle verloor', impliceert dat de verteller een gevoel van tevredenheid in zijn leven had, maar vervolgens een aanzienlijke tegenslag of verlies ervoer. Het lied benadrukt de kwetsbaarheid en vergankelijkheid van geluk en de impact die verlies op een individu kan hebben.
De teksten brengen ook een gevoel van zelfreflectie over, waarbij de verteller hun daden en keuzes in twijfel trekt en spijt betuigt voor fouten die in het verleden zijn gemaakt. Het refrein:'Als ik perfect kon blijven, zou ik nooit zijn weggegaan', suggereert dat de verteller worstelt met het idee van perfectie en hun onvermogen om dat te handhaven.
Over het algemeen duikt het nummer "Perfect" in de complexiteit van menselijke relaties, de impact van verlies en de zoektocht naar zelfverbetering en verlossing.