1. Pre-Blues (eind 19e eeuw):
- Afro-Amerikaanse werkliederen, spirituals en veldhollers dienden als voorlopers van de blues.
- Kenmerken van de vroege blues begonnen naar voren te komen, waarbij Afrikaanse muziektradities werden gecombineerd met Europese invloeden.
2. Vroege blues (eind 19e eeuw tot begin 20e eeuw):
- De eerste opgenomen bluesnummers verschenen rond de jaren 1910, met soloartiesten als Charley Patton, Son House en Blind Lemon Jefferson.
- Deze vroege bluesmuzikanten begeleidden zichzelf vaak op akoestische gitaar of mondharmonica.
3. Klassieke blues (jaren 20 tot 40):
- In de klassieke bluesperiode kwamen invloedrijke bluesartiesten als Robert Johnson, B.B. King en Muddy Waters op.
- Deze periode wordt gekenmerkt door meer verfijnde gitaarspeltechnieken en een mix van landelijke en stedelijke invloeden.
- Blues-subgenres zoals Delta-blues, Piedmont-blues en Texas-blues ontstonden tijdens dit tijdperk.
4. Urban Blues (jaren 40 tot 60):
- Urban blues ontwikkelde zich toen bluesmuzikanten migreerden naar steden als Chicago, Memphis en New York.
- Elektrische gitaren werden in deze periode prominenter, wat leidde tot een versterkt geluid.
- Bekende urban bluesmuzikanten zijn onder meer Howlin' Wolf, John Lee Hooker en Otis Rush.
5. Moderne blues (vanaf de jaren zestig):
- Moderne blues omvat verschillende stijlen en invloeden uit eerdere bluestradities.
- Bluesartiesten begonnen te experimenteren met verschillende genres zoals rock, jazz en soul, wat resulteerde in subgenres als bluesrock, soulblues en hedendaagse blues.
- Bekende moderne bluesmuzikanten zijn onder meer Eric Clapton, Bonnie Raitt en Keb 'Mo'.
Door de geschiedenis heen heeft blues andere muziekgenres beïnvloed en wordt het nog steeds gevierd als een essentiële vorm van Amerikaanse muziek met culturele en historische betekenis.