Training: Volksdansbewegingen zijn vaak heel natuurlijk voor het menselijk lichaam, en de meeste culturen over de hele wereld hebben hun eigen volksdanstradities. Iedereen die wil en kan, kan snel meedoen en meedansen met vrienden. Moderne dans is echter voortgekomen uit klassieke dans en ballet en de bewegingen ervan zijn gebaseerd op een doelbewuste afwijzing van de strikte regels en technieken die gelden voor klassiek ballet.
Techniek: Volksdans is, hoewel eenvoudig, vaak zeer gestileerd. Elke traditie of cultuur heeft zijn eigen regels en technieken die bepalen hoe bepaalde stappen en gebaren moeten worden uitgevoerd. Moderne danslessen richten zich zwaarder op techniek, omdat het tot doel heeft een meer gepolijste en verfijnde look in beweging te creëren.
Expressie: Hoewel volksdans diep geworteld is in de folklore van tradities en culturen, blijft het waar dat er vaak minder ruimte is voor individuele expressie in de bewegingen ervan. De danspassen en gebaren liggen vast en de dansers hebben enigszins beperkte improvisatiemogelijkheden. Moderne dans daarentegen gaat over individuele expressie. Dansers gebruiken beweging en gebaren om verhalen over hun cultuur of individuele ervaringen over te brengen.
Muziek: Bij volksdans wordt vaak gebruik gemaakt van muziekinstrumenten die typerend zijn voor de betreffende cultuur, zoals violen bij Ierse volksdansen of djembé-drums bij Afrikaanse volksdans. Moderne dansmuziek kan van alles zijn, van klassiek tot elektronische muziek. Dansers kunnen muziekstukken op elke gewenste manier interpreteren.
Publiekaantrekkingskracht: Volksdans wordt vaak uitgevoerd voor zowel het publiek als voor het plezier van de dansers zelf. Enkele van de meest populaire volksdansvoorstellingen zijn Ierse stepdansen, flamenco en salsa. Moderne dans wordt ook voor publiek uitgevoerd, maar wordt ook vaak gebruikt als vorm van zelfexpressie en artistieke communicatie.