Het geluid van een trompet wordt geproduceerd door de trilling van de lippen van de speler tegen het mondstuk. Deze trilling zorgt voor een zoemend geluid, dat vervolgens wordt versterkt door de bel van het instrument. De speler bepaalt de toonhoogte van het geluid door de spanning van zijn lippen en de hoeveelheid lucht die hij in het instrument blaast te variëren.
De embouchure
De embouchure is de term die wordt gebruikt om de manier te beschrijven waarop de lippen van de speler op het mondstuk zijn geplaatst. De embouchure is van cruciaal belang voor het produceren van een goed geluid op de trompet. Het moet strak genoeg zijn om een afdichting tussen de lippen en het mondstuk te creëren, maar niet zo strak dat het trillen van de lippen wordt voorkomen. De speler moet ook zijn lippen in de juiste positie op het mondstuk plaatsen, zodat de luchtstroom in de beker van het instrument wordt gericht.
Luchtstroom
De hoeveelheid lucht die de speler in het instrument blaast, heeft ook invloed op het geluid. Een grotere hoeveelheid lucht zal een luider geluid produceren, terwijl een kleinere hoeveelheid lucht een zachter geluid zal produceren. De speler moet zijn luchtstroom controleren om een stabiel, gelijkmatig geluid te produceren.
De bel
De bel van de trompet versterkt het geluid dat wordt geproduceerd door de lippen en embouchure van de speler. De vorm en grootte van de bel beïnvloeden de algehele klank van het instrument. Een grotere bel produceert een donkerder, zachter geluid, terwijl een kleinere bel een helderder, doordringender geluid produceert.
Dempt
Trompettisten kunnen ook dempers gebruiken om de klank van hun instrument te veranderen. Mutes zijn apparaten die in de beker van de trompet worden geplaatst. Ze kunnen worden gebruikt om een verscheidenheid aan verschillende geluiden te produceren, van een zacht, gedempt geluid tot een luid, schetterend geluid.