1. Achter de rug spelen: Dit houdt in dat je de gitaar ondersteboven draait en erop speelt terwijl je hem achter je rug houdt.
2. Windmolen: Deze beweging bestaat uit het krachtig ronddraaien van de gitaar in een cirkelvormige beweging tijdens het spelen.
3. Gitaarworp: Sommige rocksterren gooien tijdens optredens hun gitaar in de lucht of over het podium.
4. Spring: Energiek springen tijdens het spelen is voor veel gitaristen een kenmerkende beweging tijdens concerten.
5. Kniel: Rocksterren knielen vaak neer tijdens het spelen om een dramatische impact te creëren.
6. Gitaarschuif: Door de hand op en neer langs de gitaarhals te laten glijden, ontstaat een kenmerkend geluid en wordt dit vaak gecombineerd met andere bewegingen.
7. Beentrappen: Het toevoegen van gesynchroniseerde beentrappen tijdens het spelen kan de podiumprestatie verbeteren.
8. Headbangen: Deze beweging houdt in dat je je hoofd agressief beweegt op het ritme van de muziek, vaak synchroon met het gitaarspel.
9. Menigte-interactie: Door contact te maken met het publiek, oogcontact te maken en deelname van het publiek aan te moedigen, kan een optreden naar een hoger niveau worden getild.
10. Poseren met de gitaar: Opvallende poses met de gitaar, zoals hem boven je hoofd houden of naar het publiek richten, kunnen gedenkwaardige beelden creëren.
Deze bewegingen voegen visuele en dramatische elementen toe aan een optreden, waardoor de vaardigheid en het showmanschap van de gitarist worden benadrukt.