1. Tonische akkoord (I):
- Het tonicaakkoord is gebouwd op de eerste schaalgraad (tonic).
- Het dient als thuisbasis of rustpunt in een muzikale compositie.
- Het vertegenwoordigt doorgaans stabiliteit en resolutie.
2. Supertonisch akkoord (II):
- Het supertonische akkoord is gebouwd op de tweede schaalgraad.
- Het creëert een gevoel van beweging en kan spanning aan de muziek toevoegen.
- Het verschijnt vaak als een passerend akkoord of in overgangspassages.
3. Middenakkoord (III):
- Het mediantakkoord is gebouwd op de derde schaalgraad.
- Het geeft een gevoel van rust of stabiliteit, maar met een lichte verschuiving van het tonicum.
- Het kan fungeren als ondersteunend akkoord of als uitgangspunt voor verdere harmonische beweging.
4. Subdominant akkoord (IV):
- Het subdominante akkoord is gebouwd op de vierde schaalgraad.
- Het dient als overgangsakkoord dat terugleidt naar het tonicaakkoord.
- Het creëert vaak een gevoel van anticipatie en beweging richting het tonicum.
5. Dominantakkoord (V):
- Het dominante akkoord is gebouwd op de vijfde schaalgraad.
- Het is het meest dissonante en onstabiele hoofdakkoord.
- Het creëert spanning en een sterke aantrekkingskracht in de richting van de resolutie op het tonische akkoord.
6. Submediant akkoord (VI):
- Het submediantakkoord is gebouwd op de zesde schaalgraad.
- Het biedt een tijdelijk gevoel van rust of stabiliteit voordat het terugkeert naar het tonicum.
- Het kan diepte en kleur toevoegen aan de harmonische progressie.
7. Leidingtoonakkoord (VII):
- Het leidtoonakkoord is gebouwd op de zevende schaalgraad.
- Het is genoemd naar de zevende schaalgraad, die naar de tonica leidt.
- Het creëert een sterk gevoel van vastberadenheid en wordt vaak gebruikt vóór het tonische akkoord.
Het begrijpen en gebruiken van deze hoofdakkoorden is essentieel voor het creëren van betekenisvolle harmonische structuren bij het componeren en improviseren van muziek. Ze vormen de basis voor verschillende akkoordprogressies, toonsoortveranderingen en algehele tonale samenhang in een muziekstuk.