In de zachte omhelzing van de schemering,
Waar dromen en wonderen met elkaar verweven zijn,
Een verhaal ontvouwt zich, de vlucht van een melodie,
Een lied dat ons door de nacht loodst.
(Pre-refrein)
Door diepe valleien en hoge bergen,
We zullen de kracht vinden om de hemel te bereiken,
Met verenigde harten, sterke stemmen,
Laat dit lied ons verder leiden.
(Koor)
Oh, laten we zweven, op vleugels van hoop,
Buiten de grenzen kunnen we het niet aan,
Met elke noot stijgt onze geest,
In symfonie raken we de lucht aan.
(Vers 2)
Door de donkerste stormen heen zullen we het licht vinden,
Moed ontbrandt, in ons zicht,
Geen enkel obstakel kan ons tegenhouden,
Samen zullen we onze stempel drukken.
(Brug)
In harmonie vermengen onze stemmen zich,
Een tapijt van zielen verstrengeld,
Een symfonie die waar weerklinkt,
Onze dromen komen opnieuw tot leven.
(Koor)
Oh, laten we zweven, op vleugels van hoop,
Buiten de grenzen kunnen we het niet aan,
Met elke noot stijgt onze geest,
In symfonie raken we de lucht aan.
(Outro)
Dus laat dit lied onze gids zijn,
Harten verenigen, zij aan zij,
Bij elk vers wordt een belofte gedaan,
In deze melodie zullen we nooit vervagen.