Symfonie nr. 1 in G mineur van Felix Mendelssohn
Symfonie nr. 40 in G mineur van Wolfgang Amadeus Mozart
Symfonie nr. 104 in D majeur van Joseph Haydn
Deze symfonieën worden allemaal gekenmerkt door hun gebruik van heldere en beknopte melodieën, hun evenwichtige en symmetrische structuren en hun afwijzing van overmatige emoties. Ze zijn ook allemaal geschreven in de traditionele vierdelige vorm:
Eerste deel: Allegro (snel en levendig)
Tweede deel: Andante (langzaam en lyrisch)
Derde deel: Menuetto of Scherzo (snel en dansachtig)
Vierde deel: Allegro of Presto (snel en spannend)
Neoklassieke symfonieën waren een reactie op de steeds complexer en emotioneler wordende muziek uit de Romantiek. Ze vertegenwoordigen een terugkeer naar de eenvoudigere en meer gestructureerde muziek uit de Klassieke periode, en hielpen de weg vrij te maken voor de ontwikkeling van moderne klassieke muziek.