Ninny: Een ninny werd beschouwd als een dwaas of dwaas persoon, zonder intelligentie of gezond verstand.
Houtsnip: Deze term werd vaak gebruikt om iemand te beschrijven die goedgelovig was of gemakkelijk voor de gek gehouden kon worden, zoals een houtsnip (een soort vogel).
Dolt: Een sukkel werd gezien als een dom, traag en onwetend individu, dat vaak geen enkele intellectuele capaciteit had.
Kont: Dit was een veelgebruikte term die op een denigrerende manier werd gebruikt om iemand te beschrijven die dwaas, dom of traag van begrip was, vergelijkbaar met het moderne gebruik van 'ezel'.
Blokkop: Dit verwees naar iemand waarvan werd aangenomen dat hij een dik hoofd had, wat duidt op een gebrek aan intelligentie of begrip.