* Eenheid van tijd: De actie zou binnen één dag moeten plaatsvinden.
* Eenheid van plaats: De actie moet op één locatie plaatsvinden.
* Eenheid van actie: Het stuk moet één samenhangend plot hebben.
De toneelstukken van Shakespeare schenden vaak al deze eenheden. In Hamlet vindt de actie bijvoorbeeld plaats over meerdere maanden en op verschillende locaties, waaronder Denemarken, Frankrijk en Engeland. Het stuk heeft ook verschillende subplots die niet direct verband houden met het hoofdperceel.
Shakespeares minachting voor de drie eenheden wordt vaak gezien als een teken van zijn genialiteit. Hij was niet bang om de regels van het klassieke drama te overtreden om dynamischer en interessanter toneelstukken te creëren.