1. Morele schuld:John Proctor voelt zich diep moreel schuldig omdat hij zijn vrouw Elizabeth heeft verraden. Hij erkent de ernst van zijn daden en de schade die ze aan hun huwelijk hebben toegebracht. Johns geweten drukt zwaar op hem, waardoor hij de affaire moet beëindigen.
2. Liefde voor Elizabeth:Ondanks zijn tijdelijke indiscretie houdt John Proctor echt van Elizabeth. Hij beseft het belang van hun huwelijk en de stabiliteit die het in zijn leven brengt. Hij wil hun vertrouwen herstellen en zichzelf in haar ogen verlossen.
3. Angst voor Abigails manipulaties:John Proctor wordt zich steeds meer bewust van de manipulatieve aard van Abigail Williams en haar vermogen om anderen onder controle te houden door middel van angst en leugens. Hij vreest de gevolgen van haar betrokkenheid bij de gemeenschap en haar potentieel om anderen schade te berokkenen.
4. Sociale en juridische implicaties:John begrijpt dat de affaire, indien ontdekt, ernstige sociale en juridische gevolgen zou kunnen hebben. In de puriteinse samenleving was overspel een ernstige zonde en kon leiden tot publieke vernedering, boetes en zelfs gevangenisstraf. Hij wil zichzelf en zijn gezin niet aan zulke repercussies onderwerpen.
5. Zorg voor zijn reputatie:John Proctor waardeert zijn reputatie en het respect van zijn gemeenschap. Hij weet dat nieuws over de affaire zijn positie onder zijn collega's zou schaden en zijn geloofwaardigheid zou ondermijnen. Hij wil zijn reputatie en de waardering van zijn medeburgers behouden.
6. Hernieuwde verbinding met Elizabeth:Naarmate het stuk vordert, verbetert de relatie van John Proctor met Elizabeth. Ze delen momenten van echte intimiteit en bevestigen hun liefde voor elkaar. Deze hernieuwde band motiveert hem om de affaire te beëindigen en zich te concentreren op de wederopbouw van zijn huwelijk.