Handpoppen worden bestuurd door de handen van de poppenspeler, met de vingers van de poppenspeler in het hoofd en de armen van de pop. De poppenspeler gebruikt zijn handen om het hoofd, de mond en de armen van de pop te bewegen, en kan ook zijn vingers gebruiken om verschillende gezichtsuitdrukkingen te creëren.
Stafpoppen worden bestuurd door staven die aan het hoofd, de armen en de benen van de pop zijn bevestigd. De poppenspeler houdt de staven vast en beweegt ze om de pop te laten bewegen. Staafpoppen worden vaak gebruikt voor grotere poppen of poppen die snel en nauwkeurig verplaatst moeten worden.
Marionetten worden bestuurd door touwtjes die aan het hoofd, de armen en de benen van de pop zijn bevestigd. De poppenspeler houdt de touwtjes vast en beweegt ze om de pop te laten bewegen. Marionetten worden vaak gebruikt voor zeer gedetailleerde poppen of poppen die op complexe manieren verplaatst moeten worden.
Naast deze basistechnieken kunnen poppenspelers ook andere methoden gebruiken om de muppets te besturen, zoals elektronische mechanismen, radiobesturing of zelfs hun eigen lichaamsbewegingen. Met hun vaardigheden en creativiteit kunnen poppenspelers de muppets tot leven brengen en gedenkwaardige optredens creëren.