1. Koloniale taal: Het stuk maakt gebruik van taal die typerend is voor de 17e-eeuwse puriteinse samenleving in Salem, Massachusetts. De personages gebruiken een formele, verheven en vaak archaïsche stijl van spreken, die de religieuze en historische context weerspiegelt.
2. Bijbelse toespelingen: Miller maakt in de dialoog regelmatig gebruik van bijbelse verwijzingen en toespelingen. Personages trekken parallellen tussen de heksenprocessen in Salem en bijbelse verhalen, en weerspiegelen de diepe religieuze overtuigingen van de puriteinen en hun neiging om gebeurtenissen door een religieuze lens te interpreteren.
3. Metaforen en symboliek: De toneelschrijver gebruikt metaforen en symbolische taal om diepere betekenissen en thema's over te brengen. Objecten, personages en gebeurtenissen hebben vaak een symbolische betekenis, waardoor interpretatielagen aan het stuk worden toegevoegd.
4. Formeel en omgangstaal: Miller gebruikt een mix van formeel en informeel taalgebruik om onderscheid te maken tussen karakters en sociale klassen. De hoger opgeleide karakters, zoals dominee Hale en rechter Danforth, spreken op een formele en uitgebreide manier, terwijl het gewone volk meer informele en directe taal gebruikt.
5. Ironie en sarcasme: Ironie en sarcasme zijn ook aanwezig in de dictie van het stuk. Personages drukken hun gedachten en gevoelens vaak uit door middel van ironische uitspraken of sarcastische opmerkingen, waarbij de hypocrisie en spanningen binnen de gemeenschap worden benadrukt.
6. Beschuldigend taalgebruik: Het stuk is gevuld met beschuldigende taal terwijl de personages valse beschuldigingen tegen elkaar uiten. Woorden als 'hekserij', 'zonde' en 'duivel' worden vaak gebruikt en weerspiegelen de sfeer van achterdocht en angst die in de stad heerst.
Door zorgvuldig specifieke dictie te selecteren en te gebruiken, creëert Miller een levendige en authentieke weergave van de tijdsperiode, legt hij de essentie van de personages vast en brengt hij de thema's en conflicten van het stuk op een krachtige en suggestieve manier over.