- In de proloog geeft het koor een uitgebreid overzicht van het hele verhaal, inclusief de al lang bestaande vete tussen de Montagues en Capulets en de tragische gevolgen ervan:
"Twee huishoudens, beide gelijk in waardigheid, / In het mooie Verona, waar we ons toneel bevinden, / Van oude wrokbreuk tot nieuwe muiterij, / Waar burgerlijk bloed burgerlijke handen onrein maakt. / Van daaruit de fatale lendenen van deze twee vijanden / A Een paar door sterren gekruiste minnaars nemen hun leven."
Door deze uitgebreide kennis van de gebeurtenissen en uitkomsten van het stuk te verstrekken, toont het koor alwetendheid, aangezien ze een volledig en transcendent begrip van het verhaal bezitten.
- Gedurende het stuk grijpt het koor ook tussen scènes in om inzicht te geven in de motivaties, gedachten en emoties van de personages:
"Nu ligt het oude verlangen op zijn sterfbed, / en jonge genegenheid gaapt om zijn erfgenaam te zijn; / Dat mooie, waarvoor de liefde kreunde en zou sterven, / met de tedere Juliet geëvenaard, is nu niet eerlijk."
Hier geeft het refrein het publiek cruciale informatie over de veranderende romantische dynamiek en de innerlijke conflicten van de personages, waardoor de diepgang en complexiteit van het stuk wordt vergroot.
- In de slotakte keert het koor terug om de tragische conclusie van het stuk te brengen en na te denken over de bredere morele lessen die we kunnen leren:
"Want nooit was er een verhaal met meer wee / dan dit van Julia en haar Romeo."
Door deze observaties en morele reflecties te delen, demonstreert het koor opnieuw een alwetend perspectief dat hen in staat stelt de thema's en betekenissen van het stuk te begrijpen en erop te reageren.
Deze voorbeelden illustreren hoe het koor in Romeo en Julia fungeert als een alwetende verteller, die het publiek voorziet van kennis, inzichten en commentaren die de beperkte perspectieven van de personages overstijgen en bijdragen aan het algemene begrip van het stuk.