1. Ik :Een jambe is de meest voorkomende voet in de Engelse poëzie en bestaat uit een onbeklemtoonde lettergreep gevolgd door een beklemtoonde lettergreep (˘ /).
Voorbeeld:geloof | geloof
2. Trochee :Een trochee is het tegenovergestelde van een jambe en bestaat uit een beklemtoonde lettergreep gevolgd door een onbeklemtoonde lettergreep (/ ˘).
Voorbeeld:gelukkig|py
3. Dactyl :Een dactyl bestaat uit een beklemtoonde lettergreep gevolgd door twee onbeklemtoonde lettergrepen (/ ˘ ˘).
Voorbeeld:mooi|uti|ful
4. Anapaest :Een anapaest is het tegenovergestelde van een dactyl en bestaat uit twee onbeklemtoonde lettergrepen gevolgd door een beklemtoonde lettergreep (˘ ˘ /).
Voorbeeld:in|ter|afstaan
5. Spondee :Een spondee bestaat uit twee beklemtoonde lettergrepen (/ /).
Voorbeeld:langzaam|ly
Dit zijn de basistypen voeten die in poëzie worden gebruikt, maar er zijn variaties en combinaties van deze voeten die verschillende ritmische patronen creëren. Door verschillende voeten te combineren kunnen dichters specifieke effecten bereiken en een onderscheidend ritme creëren dat bijdraagt aan de algehele muzikaliteit en expressiviteit van het gedicht.