* Nadruk: Een cesuur kan worden gebruikt om een bepaald woord of zinsnede in een dichtregel te benadrukken. Dit kan door de cesuur voor of na het woord of de zin te plaatsen, of door een langere of kortere pauze te gebruiken.
* Ritme: Caesuren kunnen worden gebruikt om een bepaald ritme in een gedicht te creëren. Een gedicht met regelmatige cesuren kan bijvoorbeeld een meer zingend ritme hebben, terwijl een gedicht met onregelmatige cesuren een grilliger of schokkerig ritme kan hebben.
* Structuur: Caesuren kunnen worden gebruikt om een bepaalde structuur in een gedicht te creëren. Een gedicht met een consistente cesuur in het midden van elke regel kan bijvoorbeeld een meer formele structuur hebben, terwijl een gedicht met onregelmatige cesuren een meer vrije vormstructuur kan hebben.
* Stemming: Caesuren kunnen worden gebruikt om een bepaalde sfeer in een gedicht te creëren. Een gedicht met lange, uitgesponnen cesuren kan bijvoorbeeld een gevoel van melancholie of verdriet oproepen, terwijl een gedicht met korte, snelle cesuren een gevoel van opwinding of urgentie kan oproepen.
Over het algemeen zijn caesuren een krachtig hulpmiddel dat kan worden gebruikt om een verscheidenheid aan effecten in poëzie te creëren. Door zorgvuldig na te denken over de plaatsing en de lengte van cesuren kunnen dichters gedichten maken die zowel mooi als betekenisvol zijn.