Dit gedicht kan worden opgesplitst in drie verschillende strofen, elk bestaande uit vier regels, waarbij de eerste en derde strofe een vergelijkbare structuur delen.
Stanza 1 introduceert de lezers met een toespeling op de Bijbel, waar de Toren van Babel wordt genoemd, een symbool van miscommunicatie en verdeeldheid. Dit zet de toon voor het gedicht, waarin een gezin wordt afgebeeld dat verdeeld is en niet in staat is effectief te communiceren. Dit gebrek aan communicatie leidt tot isolatie, waarbij niemand elkaars emoties of perspectieven begrijpt of er zich in kan inleven.
De tweede strofe concentreert zich op het concept van ‘aangeboren angsten’, wat suggereert dat de disfunctionele dynamiek generaties lang is bestendigd. De kinderen raken verstrikt in de patronen van hun ouders en grootouders en kunnen er niet aan ontsnappen, wat leidt tot een gevoel van onvermijdelijkheid en beknelling.
In tegenstelling daarmee beeldt de derde strofe een harmonieus tafereel uit, met ‘kinderen die dansen op het nieuwe jaar’ en ‘de vrouwen aan de piano zingen’. Dit biedt een glimp van wat het gezin zou kunnen zijn, een gelukkige en verenigde eenheid, maar het blijft onbereikbaar vanwege de onderliggende problemen en misverstanden.
Het gedicht eindigt met de regel:‘Alle oude wonden gaan open.’ Dit benadrukt de hardnekkige aard van de problemen in het gezin, waaruit blijkt dat, ondanks pogingen om verder te gaan of opnieuw te beginnen, de oude kwesties en emotionele littekens steeds weer naar boven komen en genezing of vooruitgang in de weg staan.
‘Family Affairs’ dient als een aangrijpende reflectie op de ingewikkelde maar vaak onrustige dynamiek binnen gezinnen. Jennings benadrukt hoe generatiecycli van pijn, isolatie en miscommunicatie ervoor kunnen zorgen dat een gezin nooit echt kan floreren.