1. Opwarming:
Voordat u met een danssessie begint, is het essentieel dat u uw lichaam opwarmt om blessures te voorkomen en uw flexibiliteit te vergroten.
2. Basisbewegingen:
Begin met enkele basisflexdansbewegingen:
- Handstanden :Begin met het leren hoe u een handstand tegen een muur kunt houden.
- Schouderrollen :Rol uw schouders naar voren en naar achteren, waarbij u geleidelijk de snelheid verhoogt.
- Elleboogrollen :Rol uw ellebogen naar binnen en naar buiten en buig uw armen op en neer.
- Nekrollen :Rol uw nek langzaam in een cirkelvormige beweging, met de klok mee en tegen de klok in.
- Polsrollen :Rol uw polsen op en neer, waardoor beweging in uw handen en vingers ontstaat.
3. Beenbewegingen:
Werk aan uw beenflexibiliteit en controle:
- Beenextensie :Ga rechtop staan en strek één been voor u uit, balancerend op uw andere been. Probeer zo ver te reiken als u comfortabel kunt.
- Beencirkels :Ga op één been staan en teken met je andere been cirkels in de lucht. Wissel van been.
- Beenplooien :Ga op één been staan en plaats uw andere voet op uw binnen- of buitendij. Vouw je knie en probeer je knie aan te raken met je voorhoofd.
4. Lichaamsrollen :
Beheers de kunst van het lichaamsrollen, beginnend vanaf de bovenkant van je hoofd tot aan je heupen:
- Hoofdrollen :Rol uw hoofd, beweeg het heen en weer en op en neer.
- Borstrollen :Start de beweging vanuit uw borst, waardoor golven van rollen over uw lichaam ontstaan.
- Heuprollen :Genereer rollen vanuit je heupen, beweeg ze op en neer.
5. Geavanceerde bewegingen:
Zodra je de basis onder de knie hebt, kun je doorgaan naar meer geavanceerde flexbewegingen:
- Schouder ophalen: Haal je schouders op tot aan je oren en laat ze dan dramatisch naar beneden vallen.
- Cobra-stretch :Ga op je buik liggen, buig je rug en til je bovenlichaam op. Strek uw armen naar achteren, buig ze bij de ellebogen en wijs uw vingers naar uw hielen.
- Brug :Ga op je rug liggen, breng je knieën naar je borst, til dan je heupen hoog op en vorm een gebogen brug met je lichaam.
6. Overgangen :
Leer hoe u soepel tussen bewegingen kunt overgaan en een continue stroom kunt creëren:
- Spinovergangen: Combineer lichaamsrollen met spins om van de ene beweging naar de andere te gaan.
- Vloerovergangen: Verbind uw flexbewegingen terwijl u de grond raakt, zoals de overgang van een brug naar een handstand.
7. Freestyle en expressie :
Geef uitdrukking aan uw creativiteit door uw eigen stijl en persoonlijkheid in uw flexibiliteit te integreren. Bij Flexdans draait alles om persoonlijke interpretatie, dus wees niet bang om te experimenteren en laat je bewegingen vrij stromen.
Houd er rekening mee dat het tijd kost om flexibiliteit en controle te ontwikkelen. Begin langzaam en verhoog geleidelijk de intensiteit en complexiteit van je flexdansbewegingen. Luister altijd naar uw lichaam en pas de bewegingen aan zodat deze bij uw comfortniveau passen.