* Mierda (shit)
* Puta (hoer)
* Cabron (bastaard)
* Hij of zij (zoon van een hoer)
* Chinga tu madre (neuk je moeder)
* Ik cago en Dios (Ik schijt op God)
* Me cago en la leche (Ik schijt op melk)
* Ik ga naar de wereld (Ik schijt op de wereld)
Deze woorden en zinsneden kunnen worden gebruikt om woede, frustratie uit te drukken of eenvoudigweg om nadruk te leggen op een verklaring. Ze kunnen ook als belediging worden gebruikt.
Het is belangrijk op te merken dat vloeken in het Spaans niet altijd als aanstootgevend wordt beschouwd. In sommige gevallen kan het op een humoristische of informele manier worden gebruikt. Het is echter altijd het beste om voorzichtig te zijn en scheldwoorden te vermijden in formele situaties of wanneer u met iemand spreekt die u niet goed kent.