Matrix-redeneertests beoordelen cognitieve vaardigheden zoals:
- Patroonherkenning: Identificeren van de visuele patronen en relaties tussen de elementen binnen de matrix.
- Inductief redeneren: De waargenomen patronen gebruiken om conclusies te trekken en voorspellingen te doen over ontbrekende of toekomstige elementen.
- Abstract denken: Het begrijpen van de onderliggende principes of regels die de matrix beheersen, zelfs als deze niet expliciet worden vermeld.
- Probleemoplossing: Logisch redeneren en probleemoplossend vermogen toepassen om de juiste oplossing te vinden.
Matrix-redeneringstests worden vaak gebruikt bij cognitieve vaardigheidstests, intelligentietests en geschiktheidsbeoordelingen voor verschillende doeleinden, waaronder functieselectie, plaatsing in het onderwijs en onderzoek. Ze kunnen inzicht geven in het vermogen van een individu om abstract te denken, logisch te redeneren en complexe problemen op te lossen.