1. Openlucht versus gesloten theaters: Elizabethaanse theaters, zoals het Globe Theatre, waren openluchtstructuren die het publiek aan de elementen blootstelden. Moderne theaters zijn daarentegen doorgaans gesloten en bieden gecontroleerde verlichting, akoestiek en klimaat.
2. Betrokkenheid en deelname van het publiek: Elizabethaans theater moedigde actieve deelname van het publiek aan door gejuich, gejoel en gekibbel. Moderne theaterervaringen zijn doorgaans passiever, waarbij van het publiek wordt verwacht dat zij de stilte bewaren en zich op het podium concentreren.
3. Acteertechnieken en conventies: Elizabethaanse acteurs gebruikten overdreven gebaren en vocale projectie om emoties en boodschappen over te brengen aan het publiek in grote openluchttheaters. Moderne acteerstijlen zijn vaak naturalistischer en subtieler.
4. Kostuums en enscenering: Elizabethaanse theaterkostuums waren vaak flamboyant en symbolisch, met de nadruk op het uitbeelden van sociale status en karaktereigenschappen. Moderne theaterkostuums kunnen voorrang geven aan realisme, minimalisme of conceptuele interpretaties van het stuk. Ensceneringstechnieken in het Elizabethaanse tijdperk waren relatief eenvoudig vergeleken met moderne producties, die gebruik maken van geavanceerde verlichting, geluidseffecten en speciale effecten.
5. Repertoriumsysteem versus lange runs: Elizabethaanse theatergezelschappen werkten met een repertoiresysteem, waarbij ze op verschillende dagen verschillende toneelstukken opvoerden, waardoor een grotere variatie in de gepresenteerde toneelstukken mogelijk was. Moderne theaters draaien vaak één productie voor een langere periode, ook wel een lange termijn genoemd.
6. Demografische doelgroep en sociale context: Het Elizabethaanse theaterpubliek was divers, variërend van de hogere klassen tot de lagere klassen, en de toneelstukken weerspiegelden vaak hedendaagse sociale en politieke kwesties. Het moderne theaterpubliek kan verschillende demografische samenstellingen hebben, en de gepresenteerde toneelstukken kunnen actuele sociale, culturele en politieke thema's weerspiegelen.
7. Technologische vooruitgang: Moderne theaters profiteren van verbeteringen op het gebied van verlichting, geluid, videoprojectie en andere technische elementen, die de algehele theaterervaring verbeteren. Deze verbeteringen waren niet beschikbaar voor Elizabethaanse theaterproducties.
8. Genderrollen: In het Elizabethaanse theater werden alle rollen, inclusief vrouwelijke personages, gespeeld door mannelijke acteurs. Modern theater biedt acteurs van beide geslachten de mogelijkheid een grotere verscheidenheid aan rollen te spelen, waardoor de inclusiviteit en representatie toenemen.
9. Relatie toneelschrijver-publiek: In het Elizabethaanse tijdperk hadden toneelschrijvers als William Shakespeare een nauwe band met hun publiek, waarbij ze vaak toneelstukken schreven die resoneerden met hun culturele context en het dagelijks leven. Moderne toneelschrijvers hebben mogelijk een breder of diverser publiek in gedachten, dat zich richt op verschillende smaken en voorkeuren.
Deze verschillen benadrukken de evolutie van theaterpraktijken en de veranderende dynamiek tussen theater, publiek en samenleving in de loop van de tijd.