Tragische tekortkomingen komen vaak voor in Griekse tragedies en in Shakespeare-tragedies. In de oude Griekse tragedie werd de tragische fout vaak gezien als het gevolg van het lot of goddelijke tussenkomst. In de tragedie van Shakespeare is de tragische tekortkoming vaak het gevolg van de karaktereigenschappen van de hoofdpersoon zelf.
Tragische tekortkomingen kunnen worden gezien als een manier voor auteurs om de menselijke conditie te onderzoeken. Door te laten zien hoe zelfs grote mensen ten val kunnen worden gebracht door hun eigen tekortkomingen, kunnen auteurs ons herinneren aan de kwetsbaarheid van het menselijk leven en het belang van nederigheid.
Hier zijn enkele voorbeelden van tragische tekortkomingen:
* Trots: Oedipus, de hoofdpersoon van Sophocles' toneelstuk 'Oedipus Rex', is te trots om te geloven dat hij zijn eigen vader had kunnen vermoorden. Deze trots leidt ertoe dat hij weigert onderzoek te doen naar de moord op Laius, zijn vader, en uiteindelijk tot zijn ondergang.
* Ambitie: Macbeth, de hoofdpersoon van Shakespeares toneelstuk 'Macbeth', is te ambitieus om koning te zijn. Deze ambitie brengt hem ertoe koning Duncan te vermoorden en uiteindelijk tot zijn ondergang.
* Hebzucht: Faustus, de hoofdpersoon van Christopher Marlowe's toneelstuk 'Doctor Faustus', is te hebzuchtig naar kennis. Deze hebzucht brengt hem ertoe een pact met de duivel te sluiten en uiteindelijk tot zijn ondergang.
Tragische tekortkomingen vormen een essentieel onderdeel van veel grote literaire werken. Door de menselijke conditie te onderzoeken kunnen auteurs ons herinneren aan de kwetsbaarheid van het menselijk leven en het belang van nederigheid.