Karakter: Falstaff (uit "Koning Hendrik IV, deel 1")
Taal:
- Gebruik van omgangstaal en straattaal: Falstaff gebruikt vaak informeel, alledaags taalgebruik, inclusief straattaal, woordspelingen en woordspelingen. Dit weerspiegelt zijn zorgeloze, onstuimige persoonlijkheid. Als hij bijvoorbeeld opschept over zijn moed, zegt hij:'Ik ben een schurk als ik niet twee uur lang met een dozijn van hen met half zwaard zou vechten.'
- Overdrijving: Falstaff staat bekend om zijn sterke verhalen en overdrijvingen, die zijn meer dan levensgrote persoonlijkheid benadrukken. Als hij bijvoorbeeld zijn ontmoeting met de overvallers beschrijft, beweert hij:'Ik heb ze aangevallen en afgeslacht, en voor verwarring gebracht, als een bliksemschicht in een storm.'
- Humor en humor: Falstaff is een meester in humor en geestige repliek. Zijn grappen, vaak zelfspot, voegen een luchtige toon toe aan het stuk en maken hem tot een sympathiek en vermakelijk personage. Als Prins Hal hem bijvoorbeeld vraagt naar zijn verblijfplaats tijdens de slag, antwoordt Falstaff:'Ik zat te neuriën en te jammeren over deze wijn; ik praatte en predikte, en dus ging ik weg.'
- Malapropismen: Falstaff maakt vaak gebruik van malapropismen (waarbij hij een woord gebruikt in plaats van een soortgelijk klinkend maar ander woord), wat zijn gebrek aan formele opleiding en zijn eigen unieke manier van spreken aantoont. In plaats van bijvoorbeeld 'ziekte' te zeggen, zegt hij 'matigheid', wat een humoristisch tintje aan zijn dialoog toevoegt.
Door deze taalkundige eigenschappen portretteert Shakespeare Falstaff effectief als een onstuimig, humoristisch en genotzuchtig personage, waardoor een gedenkwaardige en unieke persoonlijkheid ontstaat die opvalt tussen de andere personages in het stuk.