1. Een klas studenten :Onze klas kreeg een quiz.
2. Een klasse mensen: De hogere klasse heeft meer rijkdom en macht.
3. Een klasse dieren: De reptielenklasse bestaat uit dieren zoals slangen, hagedissen en schildpadden.
4. Een klasse woorden: Het woord "hond" maakt deel uit van de klasse van het zelfstandig naamwoord.
5. Een klasse objecten: Tot de sportwagenklasse behoren voertuigen als de Porsche en Lamborghini.