Een collectief zelfstandig naamwoord is een woord dat verwijst naar een groep mensen, dieren of dingen. Het noemt de groep als een enkele entiteit, hoewel de groep uit meerdere individuen bestaat.
Voorbeelden van collectieve zelfstandige naamwoorden:
Mensen:
* Publiek: Een groep mensen die naar een optreden kijken.
* bord: Een groep mensen die verantwoordelijk zijn voor het beheren van een bedrijf of organisatie.
* Comité: Een groep mensen die zijn gekozen om beslissingen te bespreken en te nemen.
* bemanning: Een groep mensen die samenwerken op een schip, vliegtuig of ander project.
* familie: Een groep mensen die aan elkaar verband hielden.
* Jury: Een groep mensen die ervoor koos om een zaak voor de rechtbank te beslissen.
* Personeel: Een groep mensen in dienst van een bedrijf of organisatie.
* team: Een groep mensen die samenwerken aan een gemeenschappelijk doel.
dieren:
* kudde: Een groep vogels.
* kudde: Een groep vee of andere grote dieren.
* pack: Een groep wolven of wilde honden.
* school: Een groep vissen.
* zwerm: Een groep bijen of insecten.
dingen:
* bundel: Een groep dingen die samen zijn verbonden.
* vloot: Een groep schepen.
* Galaxy: Een groep sterren.
* heap: Een groep dingen samengestapeld.
* bibliotheek: Een verzameling boeken.
Sleutelpunten over collectieve zelfstandige naamwoorden:
* Collectieve zelfstandige naamwoorden kunnen enkelvoudig of meervoud zijn, afhankelijk van de context.
* Ze kunnen worden gebruikt met enkelvoudige of meervoudige werkwoorden.
* Ze kunnen worden gebruikt met enkelvoudige of meervoudige voornaamwoorden.
Voorbeelden:
* Het -publiek (enkelvoud) is (enkelvoudig werkwoord) stil .
* Het -publiek (enkelvoud) zijn (meervoud werkwoord) opgewonden over het concert.
* De -familie (enkelvoud) heeft (enkelvoudig werkwoord) Een groot huis .
* De -familie (enkelvoud) zijn (meervoud werkwoord) allemaal op vakantie .
Inzicht in collectieve zelfstandige naamwoorden helpt u om taal nauwkeuriger en effectiever te gebruiken.