Arts >> Kunst en amusement >  >> theater >> Drama

Welke karakterrelatie in de storm geeft het beste weer hoe kolonisten de verschillen tussen inheemse bevolkingsgroepen uitbuitten?

In "The Tempest" van William Shakespeare benadrukt de relatie tussen Prospero en Caliban de uitbuiting en machtsdynamiek die tijdens het koloniale tijdperk vaak bestond tussen kolonisten en inheemse bevolking. Hoewel de gebeurtenissen in het stuk plaatsvinden op een fantastisch eiland, loopt het parallel met de dynamiek in de echte wereld die zich afspeelde tijdens de kolonisatie.

Prospero, een machtige tovenaar, en zijn dochter Miranda zijn schipbreukelingen die op het eiland aankomen en het als hun eigendom claimen. Ze ontmoeten de inheemse bewoners, waarvan Caliban de meest opvallende is, een wezen dat op het eiland is geboren. Caliban wordt tot slaaf gemaakt door Prospero , die hem ziet als een "wilde" die beschaving nodig heeft.

Prospero's relatie met Caliban weerspiegelt de houding en praktijken van veel Europese kolonisten ten opzichte van de inheemse bevolking. Hier ziet u hoe hun dynamiek de belangrijkste aspecten van koloniale uitbuiting illustreert:

1. Perceptie van autochtonen als minderwaardig:

Prospero beschouwt Caliban als een wezen dat 'verbetering' nodig heeft. Hij verwijst naar Caliban met denigrerende termen als ‘slaaf’, ‘monster’ en ‘schurk’, wat een gemeenschappelijke houding weerspiegelt onder kolonisten die de inheemse bevolking als inferieur beschouwden.

2. Negeren van inheemse rechten:

Prospero neemt het eigendom van het eiland over zonder de aanspraken van Caliban erop te raadplegen of te respecteren. Hij exploiteert de hulpbronnen van het eiland en onderwerpt Caliban aan wrede behandeling en arbeid, waarbij hij de rechten en keuzevrijheid van de inheemse bewoner negeert.

3. Culturele oplegging:

Prospero probeert zijn eigen culturele waarden, taal en overtuigingen aan Caliban op te leggen. Hij probeert hem zijn taal te leren en hem tot het christendom te bekeren, zonder rekening te houden met het culturele erfgoed en de tradities van de inheemse bewoner.

4. Afhankelijkheid en uitbuiting:

Caliban wordt afhankelijk van Prospero voor voedsel, onderdak en onderwijs, waardoor een dynamiek ontstaat waarin hij voor deze basisbehoeften dank verschuldigd is aan de kolonisator. Deze dynamiek weerspiegelt de uitbuiting van de inheemse bevolking door dwangarbeid en afhankelijkheid.

5. Verzet en rebellie:

Caliban komt uiteindelijk in opstand tegen de onderdrukking van Prospero, waarbij hij de onvermijdelijke spanning benadrukt die ontstaat wanneer inheemse bevolkingen strijden voor autonomie en vrijheid tegen de controle van de kolonisten in.

Shakespeares weergave van de relatie tussen Prospero en Caliban biedt een kritische lens waarmee de koloniale ontmoetingen en de inherente machtsdynamiek die deze vormgeeft, kunnen worden onderzocht. Het dient als een herinnering aan de uitbuitende praktijken en houdingen die de koloniale interacties teisterden, wat tot blijvende conflicten en gevolgen leidde.

Drama

Verwante categorieën