Arts >> Kunst en amusement >  >> theater >> monologen

Hoe beschrijft het gehucht Denemarken tot Rosencrantz en Guildenstern?

In Act 2, Scène 2 van Shakespeare's "Hamlet", beschrijft Hamlet Denemarken aan Rosencrantz en Guildenstern met behulp van contrasterende beelden en metaforen:

1. 'Een gevangenis' versus 'een mooie plek':Hamlet verwijst in eerste instantie naar Denemarken als 'een gevangenis', wat een gevoel van opsluiting en onderdrukking suggereert. Hij wijzigt deze beschrijving echter snel door te zeggen dat het “een mooie plek” is, wat aangeeft dat het land ook positieve aspecten heeft.

2. 'Een onvruchtbaar voorgebergte' versus 'een ongekruide tuin':Hamlet vergelijkt Denemarken met 'een onvruchtbaar voorgebergte', waarbij hij de onvruchtbaarheid en het gebrek aan productiviteit benadrukt. Vervolgens noemt hij het 'een tuin zonder onkruid', waarmee hij impliceert dat hij overwoekerd en verwaarloosd is.

3. "Een smerige en verderfelijke samenkomst van dampen":Hamlet's meest dramatische beschrijving van Denemarken is als "een smerige en verderfelijke samenkomst van dampen", wat een levendig beeld schetst van een plaats die geplaagd wordt door corruptie en ziekte.

4. 'Een hemels gezicht met pijnlijke ogen':Hamlet maakt een vergelijking tussen Denemarken en een 'hemels gezicht met pijnlijke ogen', wat suggereert dat het land, ondanks zijn potentiële schoonheid, wordt getroffen door een of andere kwaal of vlek.

5. "Een koninkrijk van rotte appels":In een van de beroemdste regels uit het stuk zegt Hamlet dat Denemarken "een koninkrijk van rotte appels" is, wat impliceert dat de hele natie besmet is door corruptie en verval.

Over het geheel genomen benadrukken Hamlets beschrijvingen van Denemarken zijn complexe en tegenstrijdige gevoelens jegens zijn vaderland. Hoewel hij de positieve aspecten ervan onderkent, is hij zich ook intens bewust van de gebreken en tekortkomingen ervan, die bijdragen aan zijn desillusie en wanhoop.

monologen

Verwante categorieën