Respect voor goddelijke en morele wetten :Antigone gelooft in het hooghouden van de goddelijke wetten en morele principes die door de goden zijn vastgesteld. Ze beschouwt het als haar religieuze plicht om haar broer Polynices te begraven, die op bevel van Creon een behoorlijke begrafenis werd ontzegd. Creon daarentegen negeert de goddelijke wetten om zijn gezag te behouden.
Loyaliteit aan gezinswaarden :Antigone waardeert familiebanden en loyaliteit aan haar verwanten. Ze is bereid haar eigen leven te riskeren om haar broer te eren en haar plicht als zuster te vervullen, ondanks de gevolgen. Creon geeft daarentegen voorrang aan het gezag van de staat boven familiebanden, wat leidt tot een conflict met Antigone.
Burgerlijke ongehoorzaamheid voor gerechtigheid :Antigone toont moed bij het trotseren van Creons onrechtvaardige edict, wetende wat de mogelijke gevolgen zullen zijn. Ze gelooft dat natuurwetten en rechtvaardigheid de door de mens gemaakte wetten vervangen als ze moreel twijfelachtig zijn. Creon daarentegen is rigide en niet bereid om naar alternatieve perspectieven te luisteren, wat tot tragische gevolgen leidt.
Gevolgen en onbaatzuchtigheid :Antigone onderkent de gevolgen van haar daden en is bereid deze onder ogen te zien, zelfs als dit betekent dat ze haar eigen leven moet opofferen. Ze geeft prioriteit aan haar geweten en ethische principes boven zelfbehoud. Creon is echter meer bezorgd over het behoud van zijn macht en gezag, ook al leidt dit tot lijden van individuen.
Openbaring en realisatie :Creon ervaart uiteindelijk een verandering van hart en beseft zijn fouten, maar pas nadat hij getuige is geweest van de tragische gevolgen van zijn daden. Antigone daarentegen blijft gedurende het hele stuk consistent in haar overtuigingen, wat haar onwankelbare toewijding aan morele principes demonstreert.
Hoewel zowel Creon als Antigone er sterke overtuigingen op nahouden, worden Antigone's daden gedreven door een gevoel van rechtvaardigheid, respect voor goddelijke wetten en onwankelbare loyaliteit aan haar familie. De daden van Creon, hoewel geworteld in zijn plicht als koning, worden overschaduwd door zijn trots, politieke ambities en zijn onvermogen om de morele implicaties van zijn beslissingen in overweging te nemen. Als gevolg hiervan komt Antigone naar voren als het meer morele personage in het stuk.