* "Ze heeft nog een lange weg te gaan" (moet nog veel vooruitgang boeken)
* "Dat is een heel nieuw spel" (een compleet andere situatie)
* "Hij heeft de juiste hoek erop" (heeft het juiste perspectief)
* "Ze heeft het verkeerde nummer" (vergist zich)
* "Dat is een fluitje van een cent" (heel eenvoudig)
* "Hij is maar een nummer" (niet belangrijk als individu)
* "Ze is een echte nul" (waardeloos)
* "Hij heeft een eenzijdige geest" (slechts op één ding gericht)
* "Ze heeft twee linkervoeten" (onhandig)