1. Alleen mannelijke casts: In de tijd van Shakespeare werden alle acteursrollen, zelfs vrouwelijke personages, gespeeld door mannen en jongens die bekend stonden als 'jongensacteurs'. Dit kwam doordat vrouwen niet op het publieke podium mochten optreden, een praktijk die geworteld was in maatschappelijke conventies en beperkingen.
2. Leerlingsysteem: Acteurs werden doorgaans opgeleid via een leerlingstelsel. Ze gingen als leerling bij een theatergezelschap en leerden het vak onder begeleiding van ervaren acteurs of theatermanagers.
3. Beperkte sociale status: Acteurs werden over het algemeen beschouwd als mensen met een lage sociale status. Veel wetten beperkten zelfs hun rechten en privileges. Ze werden vaak gezien als zwervers of schurken, en in sommige steden mochten ze op bepaalde locaties niet optreden.
4. Reisorganisaties: Acteurs werkten vaak samen met reizende theatergezelschappen die door verschillende dorpen, steden en zelfs landen toerden. Ze traden op in openbare theaters, zoals het Globe Theatre, maar ook in particuliere huizen en rechtbanken.
5. Koninklijke bescherming: Ondanks hun lage sociale status kregen sommige acteurs koninklijke bescherming en werden ze artiesten voor edelen en het koninklijk hof. Deze actoren genoten van enige sociale status en economische stabiliteit.
6. Invloed van de Kerk: De Kerk bekritiseerde vaak acteurs vanwege hun vertolking van religieuze figuren of omdat ze zich overgaven aan immoreel gedrag. Religieuze overtuigingen en morele overwegingen beïnvloedden de manier waarop actoren werden waargenomen en de beperkingen waarmee zij werden geconfronteerd.
7. Dubbele casting: Vanwege het beperkte aantal acteurs in een gezelschap speelden acteurs vaak meerdere rollen in dezelfde productie, waardoor snelle wisselingen van kostuums en karakters nodig waren.
8. Diverse repertoires: Van acteurs werd verwacht dat ze over verschillende vaardigheden beschikten en in verschillende genres konden optreden, zoals historiestukken, komedies en tragedies.
Deze ongebruikelijke aspecten van acteurs in de tijd van Shakespeare geven inzicht in de uitdagingen waarmee ze werden geconfronteerd en de sociaal-culturele context waarin ze opereerden.