1. Beneatha's droom :Beneatha, een jonge en ambitieuze Afro-Amerikaanse vrouw, droomt ervan dokter te worden. Ironisch genoeg maken de financiële problemen en maatschappelijke barrières van haar familie het voor haar een uitdaging om haar dromen na te streven.
2. Het droomhuis van het jongere gezin :De droom van het jongere gezin om naar een ruim en comfortabel huis in een witte buurt te verhuizen, stuit op weerstand en vijandigheid van de bevooroordeelde gemeenschap. De ironie ligt in het contrast tussen hun ambities en de harde realiteit van rassendiscriminatie.
3. Walters zakelijke onderneming :Walter, de hoofdpersoon van het stuk, investeert het geld van zijn familie in een riskante zakelijke onderneming met de hoop op financieel succes. Ironisch genoeg mislukt de onderneming, wat resulteert in een aanzienlijk financieel verlies voor het jongere gezin.
4. Het voorstel van George Murchison :George Murchison, een rijke Afro-Amerikaanse man, doet Beneatha ten huwelijk. Ondanks zijn aanvankelijke interesse in haar, wijst hij haar uiteindelijk af omdat hij geen vrouw wil met sterke meningen en ambities. De ironie ligt in het contrast tussen zijn aanvankelijke aantrekkingskracht en zijn uiteindelijke beslissing.
5. De titel "Een rozijn in de zon" :De titel van het stuk is afgeleid van een regel uit het gedicht 'Harlem' van Langston Hughes, dat hoop en uitgestelde dromen symboliseert. De ironie is echter dat de hoop en dromen van de jongere familie voortdurend op de proef worden gesteld en tijdens het stuk vaak onvervuld blijven.
Deze voorbeelden van situationele ironie voegen diepte en complexiteit toe aan het verhaal van ‘A Raisin in the Sun’, en weerspiegelen de worstelingen en tegenstrijdigheden waarmee Afro-Amerikaanse gezinnen worden geconfronteerd bij het nastreven van hun ambities in een tijd van sociale verandering.