1. Om ideeën en informatie over te brengen. Hamlet gebruikt vaak woorden om zijn gedachten en gevoelens te uiten, en om informatie met anderen te delen.
2. Om emoties te uiten. Hamlet gebruikt woorden om een verscheidenheid aan emoties uit te drukken, waaronder woede, verdriet en liefde.
3. Sfeer creëren en overbrengen. Hamlet gebruikt soms woorden om een bepaalde sfeer of stemming te creëren. Hij kan bijvoorbeeld donkere en sombere woorden gebruiken om een gevoel van mysterie of onheilspellend gevoel te creëren.
4. Om verhalen te vertellen. Hamlet gebruikt woorden om verhalen te vertellen, zowel echte als ingebeelde.
5. Om anderen te vermaken. Hamlet kan ook woorden gebruiken om anderen te vermaken. Hij kan bijvoorbeeld grappen vertellen of humor en woordspelingen gebruiken om mensen een plezier te doen.
Over het algemeen zegt Hamlet woorden om verschillende redenen, zowel praktisch als creatief.