Genade: (doodsbang) Nee, nee, dat kan niet!
Abigaïl: Dat zullen ze zijn, ik heb het gezien. Ik zag rechter Danforth hun doodvonnissen ondertekenen.
Genade: Abigail, wat gaan we doen?
Abigaïl: Ik weet het niet, maar we moeten iets doen. We kunnen ze geen onschuldige mensen laten ophangen.
Genade: Maar wat kunnen we doen?
Abigaïl: Ik weet het niet. (na een ogenblik) Maar ik zal iets bedenken.
Genade: Wees voorzichtig, Abigaïl. Als ze erachter komen dat je liegt, word jij ook opgehangen.
Abigaïl: Ik weet. Maar ik laat ze geen onschuldige mensen ophangen.
Genade: Alsjeblieft, Abigail, wees voorzichtig.
Abigail: Ik zal.
(Ze omhelzen elkaar en gaan dan uit elkaar.)